05-11 Atlantische oceaan - Open deur

"Laat die genua maar even ingerold. Ik vertrouw die wolken niet helemaal daar en de zee begint er anders uit te zien", zeg ik tegen Henk. "Zullen we maar even afwachten wat er gebeurt voor we een hoop werk voor niets doen?". "Lijkt me goed idee". De wind is even daarvoor verder geruimd en we hebben de genua ingerold zodat we de boom kunnen zetten. We zeilen nu alleen op ons gereefde grootzeil. Even later trekt de wind verder aan, dus mijn inschatting was juist. De wolken waren de voorbode van een klein front dat overtrok met een toename van de wind daar direct achter. Als we een paar uur verder zijn, trekt de wind opnieuw aan tot zo’n dertig knopen en worden de golven nog een stuk hoger dan ze al waren. We halen het grootzeil binnen en zetten de kotterfok met een dubbel rif erin. Daarmee gaan we niet hard, maar wel heel comfortabel en dat vinden we veel belangrijker. We zien op de AIS nog twee andere zeilboten die kennelijk dezelfde strategie volgen, want ook zij varen met gematigde snelheid. En zo varen we de nacht in.

"Water! Een golf binnen!", roept Henk vanuit zijn bed in de achterkajuit. Ik heb wacht en hij ligt te "slapen". Als ik in de achterkajuit kom tref ik een natte vloer, doorweekte kussens van de kajuitbank en een stapel natte kleren aan. Oorzaak: ons deurtje in de achterkajuit heeft een ventilatieopening die aan de buitenkant over elkaar liggende latjes heeft om te voorkomen dat er water naar binnen kan. Water dat van beneden komt kan echter vrij naar binnen. Designfoutje dus. Vooralsnog zetten we het dicht met ducktape. Later maar een permanente oplossing verzinnen. En natuurlijk weer wel heel bijzonder dat de vorige eigenaar hier niets aan heeft gedaan. Of zeilde hij niet onder deze condities? Dat kan natuurlijk ook!;-)

Oh ja, de gezondheidsperikelen: Henk nog aardig last van zijn rug en ik ben nog steeds zo nu en dan misselijk als ik te lang onderdeks ben. En dat is nieuw, want normaal gesproken heb ik na de eerste nacht op zee nergens last meer van.

06-11 Atlantische oceaan - Aan de beterende hand

’s-Ochtends nemen de wind en de golven af. Gaat in eerste instantie het rif uit de kotterfok, later rollen we de kotterfok in en zetten we de genua weer. Henk zijn rug gaat al weer redelijk en ik ben niet meer misselijk. We tikken de mijlen comfortabel weg en Ploon stuurt ons naar volle tevredenheid.

07-11 Atlantische oceaan - Hulpje voor Ploon

In de nacht krijgen we een aantal keer een zwiep van een golf waardoor Romlea van koers raakt en Ploon het niet krijgt bijgestuurd. We zijn om de beurt tijdens onze wacht het hulpje van Ploon door met het hoofdroer de boot weer op koers te leggen. Alternatief is eventueel reven van de genua, maar dat gaat ten koste van onze snelheid. Dat willen we niet, want we gaan lekker en komen in dit tempo bij daglicht aan. Helaas heeft Henk toch nog een keer moeite om zich staande te houden op een vervelende golf. Hij heeft een zwiep gemaakt waarbij hij opnieuw zijn rug bezeert.

Om half drie naderen we Porto Santo. We zijn onder de indruk van het prachtige landschap als we de hoek om komen van het kleine eiland voor de kust waar de vuurtoren bovenop staat. We zien kale bergen met fantastische kleuren. Het is een desolaat, maar betoverend landschap.

Als we de haven binnen varen staat er een straffe wind die van de bergen af komt rollen. De havenmeester geeft ons aan dat er geen plaats is voor ons in de haven, want alle plaatsen voor grote boten zijn vol, maar we kunnen een gele mooringboei oppikken. Dat blijkt nog een behoorlijke uitdaging. Henk probeert het aangegeven boeitje op te pikken, maar dat lukt niet en hij verliest daarbij de pikhaak. Oké, die eerst maar weer opvissen dan en een tweede poging wagen. Dan zien we een dinghy onze kant op komen. De dinghy komt van de Innamorata II. We hebben dat schip eerder gezien in Portimaõ en zagen ze vannacht ook op de AIS. Ze vissen de pikhaak voor ons uit het water en helpen ons met de mooringboei. Wat blijkt, de lijn aan de mooringboei is veel te kort. Geen wonder dat Henk die niet omhoog kreeg! We verkassen naar een andere mooring en die poging lukt. Tijd voor de welverdiende aankomstborrel! En dan gebeurt er iets merkwaardigs. Het begint enorm hard te waaien. Dat duurt een halve minuut en dan is het weer voorbij. Even later weer. En weer, en weer. Williwaws! We rukken aan onze mooringlijn. "Ik zag kleine waterhozen!". Nou ja, we liggen goed vast en veilig. In de loop van de nacht stoppen de Willies en kunnen we prima slapen.

          

 

08-11 Porto Santo - Hoeveel kan er mis gaan op één dag?

"Henk!! Flapstra!!" "Jo! Gorman!!!", roept Henk terug vanuit ons bed. Het is nog redelijk vroeg, uurtje of negen, en we slapen natuurlijk uit na zo’n lange tijd op zee. Snel kleden we ons aan, want we moeten Denis met zijn Lizzie-G natuurlijk wel verwelkomen hier.

Als Denis ook aan een mooring ligt, nodigen we hem uit voor koffie bij ons aan boord. Dat vindt hij een prima idee, maar hij wil eerst naar de wal om naar de tandarts te gaan. Hij heeft last van een ontsteking. We spreken af dat we opnieuw even contact hebben via de marifoon zodra hij terug is.

En dan klinkt er ineens een harde knal. Henk loopt naar het voordek en daar blijkt één van de twee lijnen die we door het oog van de mooringlijn hebben gehaald te zijn geknapt. Dat is ook de reden waarom we altijd twee lijnen doorhalen. Terwijl Henk bezig is de nieuwe tweede lijn te bevestigen klinkt er opnieuw een knal. Dit keer is het niet onze lijn, maar de mooringlijn zelf die het begeeft! Gelukkig hebben we de motor al draaien, omdat Henk een beetje hulp nodig had om de spanning van de lijn te halen, zodat hij de tweede lijn kon bevestigen. We schrikken ons te pletter. En niet wij alleen, ook de andere gemoorde boten. Omdat er geen andere moorings vrij zijn en we die ook niet meer vertrouwen, besluiten we te ankeren. We steken veertig meter ketting en passen zo precies tussen een rode boei, de kademuur en andere schepen. So far so good.

Als we net weer liggen, komt Denis natuurlijk in de lucht om te informeren of alles ok is.

De schipper van de Innamorata II vist even later het mooringboeitje op dat naar de kant is gedreven. En dan komt er weer een zware Willie voorbij die de bijboot van de Patagona met motor en al compleet uit het water lift, zo’n twee meter hoog doet vliegen en laat omslaan. Spulletjes die in de dinghy lagen drijven door de haven. Denis is net onderweg in zijn dinghy en schiet te hulp en ook de schipper van de Innamorata stapt al weer zijn dinghy in om te helpen. Wat een geweldige kerel! Samen vissen ze de spulletjes op en brengen die naar de Patagona. Even later zie ik dat de schipper van de Innamorata de dinghy van de Patagona naar de wal sleept. Die man verdient een standbeeld! Als hij weer terug is op zijn eigen schip gaat hij aan de slag met het nemen van maatregelen om te voorkomen dat hij hetzelfde probleem gaat krijgen met zijn mooring als wij. Hij brengt een tweede lijn uit, die een snorkelaar vast maakt aan het blok beton van de mooring.

Om een uurtje of drie komt Denis naar ons toe roeien. Dat is nog best een uitdaging hier vanwege de harde wind. We praten gezellig bij en Denis roeit om een uurtje of vijf tussen twee Willies door weer terug naar Lizzie-G.

En dan gaat het rond een uur of zes vreselijk mis. Een stalen jacht is losgeslagen van zijn anker. Hij drijft richting een ander jacht en vaart dan achteruit en komt naar ons toe. Hij heeft zijn anker echter niet binnen gehaald. De gebeurtenissen volgen zich in rap tempo op. Door een Williwaw worden we naar elkaar toe geblazen. Het anker van het jacht haakt achter onze ankerlijn. Snel steek ik een fender tussen ons en het jacht om schade te voorkomen. Door de druk gaat de fender lek, maar voorkomen we een groot deel van de schade. Dan opnieuw, dit keer lopen we wel degelijk schade op. De spieboom van het jacht drukt tegen onze zonnepaneelbeugel. Henk weet hem weg te drukken, dan gaat het jacht scheerlings langs onze windvaan. We hebben inmiddels de motor gestart en dan begint een kat-en-muisspel met het jacht. De Willies loeien om onze oren, we zijn nog steeds geankerd, het stalen jacht zit vast aan onze ankerlijn en ik blijf door achteruit, vooruit, roer stuurboord, roer bakboord het jacht ontwijken, terwijl Henk op het voordek probeert het anker van onze lijn te krijgen. De schipper van het jacht heeft geen idee meer wat hij moet doen en loopt maar heen en weer tussen zijn ankerlier en zijn kuip. Henk schreeuwt hem toe dat hij zijn anker moet binnen halen. Daarmee trekt hij onze ketting omhoog en dat is precies wat we willen. Het anker glijdt nu over onze ketting naar onze boot, zodat Henk het los kan maken. Met gevaar voor eigen leven lukt het Henk het anker los te krijgen. We zijn bevrijd van het anker van het jacht en ons anker houdt nog steeds!. Het jacht gaat verder achteruit richting de kade en knalt tegen de daar afgemeerde Nederlandse driemaster Thalassa aan. Ook zij lopen schade op lijkt ons.

Ik zit inmiddels te shaken in de kuip door alle vrijgekomen adrenaline. Een eerste blik op de schade: een verbogen scepter, een flinke deuk in de voetrail, schade aan de romp. Voor zover we kunnen zien nu geen schade die direct lekkage gaat opleveren. Het is inmiddels donker, dus we kunnen morgenochtend pas echt goed de schade opnemen. Henk heeft contact met de schipper van de Thalassa, waar het jacht nu naast ligt afgemeerd. Henk vraagt hem de gegevens van het jacht aan ons door te geven, zodat we morgen contact met de schipper kunnen opnemen voor het regelen van de schade. Even later roept de schipper van de Thalassa ons op via de marifoon en geeft de informatie door. Het is een Zweeds jacht met een oudere schipper.

Nadat we bijgekomen zijn van de schrik, ga ik eten koken. Terwijl ik daar mee bezig ben komt een Duits jacht binnen varen. Ze varen rond met een zaklamp op zoek naar een vrije mooring. Henk roept ze op via de marifoon, maar ze reageren niet. Ok, dan niet. Zoek maar lekker verder. Als ik bijna klaar ben met koken, is het jacht zo dichtbij dat Henk ze kan roepen dat hij contact met ze wil via de marifoon. Dat lukt nu gelukkig wel. Henk vertelt ze dat er geen vrije moorings meer zijn en dat ze het beste kunnen ankeren. Hij geeft ook aan wat een goeie plek is voor ze en spreekt af dat hij met de zaklamp een signaal zal geven zodra ze op de goeie plek zijn. Ze varen echter compleet naar de verkeerde kant en reageren niet meer op de marifoon. Dan laten ze hun anker vallen. Ze komen daarmee in onze draaicirkel te liggen en dat is veel te gevaarlijk hier. Henk roept ze opnieuw op en uiteindelijk reageert er iemand. "Yes, we have been on a long trip, are tired and want to eat now. After that we will move to another spot." Henk legt ze opnieuw uit waar ze dan wel goed kunnen ankeren en gaat dan zelf maar op wacht zitten totdat het zootje vertrekt. Maar hopen dat er niet net nu een Williwaw komt die ons die kant op zet, want dat gaat zeker fout. Gelukkig gaat het dit keer goed en kunnen die Duitsers of snel eten, of zijn ze tot herzien inzicht gekomen, nadat er een hele harde vlaag voorbij kwam. Ze verkassen al snel naar de door Henk aangegeven plek. We zien ze netjes tussen twee andere boten ankeren met voldoende afstand.

"Moet je nou eens kijken. Kom eens naar buiten schat?". Ik ben net druk bezig met het bijwerken van dit blog, maar mijn nieuwsgierigheid wint het van de laptop. Wat blijkt, de Duitsers zijn terug en liggen nu op lager wal aan de betonnen kade. Daar begrijpen wij dus helemaal niets van. Als even later de wind heel even weg is varen ze naar de andere kant en meren daar opnieuw af achter een catamaran.

Wij besluiten vannacht beurtelings ankerwacht te houden om zeker te weten dat we niet van ons anker slaan tijdens een Willie. Better safe than sorry!

09-11 Porto Santo - Ellende komt nooit alleen

Het waait nog steeds dat het rookt als we wakker worden. Dat maakt het lastig om de schade goed te kunnen inventariseren en de opname is dan ook beperkt tot wat we zo vanaf het dek kunnen zien. We hebben flinke krassen van het anker van de Zweed op de stuurboord boeg en de rvs ankerbescherming is van de boeg af. Verder is er diverse schade aan de romp bakboord achter, een verbogen scepter, een flinke deuk in de voetrail en de windvaan staat scheef. Of we schade aan de ankerketting en het onderwaterschip hebben opgelopen kunnen we nu nog niet zien. Daarvoor moet het anker binnengehaald en Henk onder het schip door snorkelen. Ook eventuele schade aan de romp of in het dek door de krachten die daarop gekomen zijn, kunnen we niet zien. Voor dat laatste is een inspectie van een expert nodig verwachten we.

Henk is in ieder geval druk met invullen van schadeformulieren enzovoort. We kunnen nog niet bij de Zweed aan boord om met hem de zaken door te nemen, omdat het nog onverantwoord is de dinghy op te pompen en naar hem toe te varen. Henk probeert in contact te komen met de beste man via de marifoon, maar dat lukt niet.

Er is nog steeds geen plek aan de steiger voor ons, dus is het ook niet mogelijk om water te tanken en onze voorraad begint nu toch behoorlijk te slenken. De weersverwachting is dat pas zaterdag de wind gaat liggen, dus moeten we water maken. Omdat er ook een brood moet worden gebakken en er niet al te veel zon is, zetten we de motor aan om voldoende stroom te hebben en de accu’s extra bij te laden. Dan blijkt dat de dynamo de accu’s niet bijlaadt. "Die dynamo is toch net nieuw? Hoe kan die nu dan al stuk zijn?" "Weet ik ook niet, maar ik ga contact opnemen met de leverancier, want het kan maar zo zijn dat er iets anders niet werkt, waardoor hij niet wil laden.", antwoordt Henk. We nemen in ieder geval maatregelen om de energieconsumptie te minimaliseren en hopen maar dat er morgen meer zon is!

Dan zien we de Zweed terug aan boord komen. Henk zwaait en roept, maar de man ziet hem niet. Dan lukt het contact te krijgen met de Thalassa en Henk vraagt of ze de Zweed wil zeggen dat we marifooncontact met hem willen. Dat lijkt te werken. Henk heeft heel even contact met hem, maar dan blijft het weer doodstil. Uiteindelijk lukt het mij alsnog contact met hem te krijgen. Ik spreek met hem af dat we naar hem toekomen zodra het weer dat toelaat. Hij verzekert mij dat hij nergens naar toe gaat en dat hij het wel afwacht tot we langs komen.

"Hmm, die rode boei komt nu wel erg dichtbij. Daar lagen we toch een paar meter verder vanaf?, vraagt Henk. Ik loop naar binnen en kijk op de ankertrack. Het lijkt er inderdaad op dat we iets aan het krabben zijn. We besluiten om voor de zekerheid opnieuw te ankeren. Waarschijnlijk is het anker toch wat los gekomen door de actie met de Zweed gister of door het continue draaien van de wind door de Williwaws.

Even later liggen we weer netjes op bijna dezelfde plek.

10-11 Porto Santo - Er komt geen eind aan….

"Wanneer houdt die wind nu eens op? Het gaat alleen maar nog harder waaien in plaats van minder!". Ik zet de windmeter aan en zie uitschieters van meer dan 35 knopen. Gelukkig houdt het anker prima, maar dit gaat de zoveelste nacht worden met weinig slaap. We checken de hele dag door de borglijnen op de ankerketting. Die lijnen voorkomen dat er heel veel kracht op de ankerlier terecht komt. We hebben ze er dubbel op om te zorgen dat als er eentje doorslijt we nog een tweede hebben om te voorkomen dat de ketting aan de lier gaat trekken. En dat is maar goed ook, want even later knapt er voor de tweede keer een lijn. Henk zet er een nieuwe op en dan kunnen we eindelijk proberen te slapen.

11-11 Porto Santo - Nep-Zweed

"Ik ga zo de dinghy oppompen en de Zweed een bezoek brengen. Dat moet toch lukken nu de wind iets minder is". Even later is Henk druk in de weer. Als hij klaar is, blijkt de Zweed net los te gooien van de Thalassa. "Dan maar weer wachten tot hij op zijn plek ligt."

Vanochtend heeft Henk gevonden wat het probleem is waardoor de accu’s niet worden geladen door de dynamo. De diodebrug is gedeeltelijk stuk. De startaccu voor de motor laadt wel, maar de serviceaccu’s niet. Henk draait de aansluiting om, zodat we de serviceaccu’s weer kunnen laden. Gelukkig schijnt de zon ook weer volop. Dat gaan we natuurlijk flink uitbuiten. We bakken een brood en maken water. Fijn dat we een tijdelijke fix hebben. Nu maar uitzoeken hoe we ergens aan een nieuwe diodebrug komen.

"Het is geen Zweed, maar een Zwitser". Henk is net terug van zijn bezoek aan de Zweed die dus geen Zweed is maar een Zwitser. Hij heeft alle benodigde gegevens van de man gekregen. Weer een stapje verder in het schadeproces.

Steve en Carol van de Innamorata II komen even later dan eindelijk een biertje doen. Er staan nog steeds redelijk wat golven in de haven, maar gelukkig niet meer zo heftig als de afgelopen dagen. Tegen de tijd dat ze terug gaan is de wind helaas al weer toegenomen. Nu maar hopen dat de beloofde afname van de wind morgen doorzet.

12-11 Porto Santo - Sommige mensen…..

"Wat doet ie nu? Hij geeft nog meer ketting!". De oude Zwitser lag prima, maar vindt het kennelijk noodzakelijk nog meer ankerketting uit te gooien, waardoor hij dik binnen onze draaicirkel komt. Ik ben er echt niet blij mee, maar Henk vindt het geen probleem. We zullen zien hoe het gaat als de wind draait en de willies terug gekomen. Ik ben er niet gerust op. Het betekent ook dat we niet samen naar de wal kunnen, want als het fout gaat, grijpt die ouwe knakker niet in.

In de middag hebben Steve en Carol sleutels van de douches geregeld, dus komt Denis in de lucht op de marifoon. "Flapstra, Steve will be picking you up with their dinghy, so you can get a nice shower." Nou, daar zeg ik geen nee tegen natuurlijk!

13-11 Porto Santo - Wat een verbazingwekkend mooie plek

Eind van de ochtend roei ik naar de kant. Ik wil toch echt nog wel iets van het eiland gezien hebben voor we hier weg gaan. Henk blijft aan boord. Ik maak een schitterende wandeling langs de oostkant van het eiland. Het eerste deel voert langs een ruige berg met prachtige kleuren. Je kunt hier fantastisch zien hoe het eiland vanuit de zee omhoog moet zijn gekomen. Het is een prachtig pad met om ieder hoekje weer een ander magnifiek uitzicht.

               

 

Dan houdt het pad op en is er een tunneltje door de berg. Ik loop er doorheen en kom aan de andere kant van de berg op een plek met een heel ander landschap. Uitgesleten zandrotsen bepalen hier het beeld. Ook weer geweldig mooi. Een zandweg langs de kust brengt me uiteindelijk bij een verharde weg en een aantal huizen. Terug in de geciviliseerde wereld. Het is er verbazingwekkend stil. Je hoort de zee en de wind hier niet meer.

         

 

De weg gaat een eind verderop flink omhoog de berg op en brengt me op een uitzichtspunt. Vanaf hier kun je de Isla Desertas ten zuid-oosten van Madeira zien liggen. Madeira zelf ligt verscholen achter de bergen van dit eiland. Dan volg ik de weg naar het plaatsje Porto Santo en vanaf daar weer terug naar de haven. Het was uiteindelijk een fikse wandeling, want het is al half vier als ik weer terug ben. Maar het was absoluut de moeite waard!

         

 

Henk heeft Romlea inmiddels aan de steiger gelegd, dat kon ik vanaf het uitzichtpunt al zien. Eindelijk al het zout van de boot en inspectie van het onderwaterschip. De antifouling is beschadigd, maar gelukkig geen schade aan het roer of de kiel.

 

  Terug naar beginpagina